top of page
Het varken

 

Tussen 5000 en 4000 voor Christus kwamen de eerste varkens in Nederland. Wereldwijd zijn er ongeveer driehonderd gedomesticeerde varkensrassen, waaronder de Yorkshire, Duroc en het Landvarken. Ieder land heeft zijn 'eigen' type landvarken.

Zoals in veel landen is in Nederland het oorspronkelijke Nederlands Landvarken uit de gratie geraakt in de grootschalige, commerciële fokkerij. Maar gelukkig zijn er enkele fanatieke varkenshouders in Nederland die het zuivere ras in stand hebben gehouden.

 

Varkens zijn doorgaans zeer aanhankelijk en zindelijk. Ze hebben een soortgenoot als gezelschap nodig en bovendien flink wat ruimte om voldoende te kunnen bewegen en hun natuurlijke gedrag te kunnen vertonen. Varkens kennen en herkennen 26 verschillende geluiden, waarmee ze signalen afgeven. Ergernis, tegenzin, welbehagen, honger, woede, pijn, stress; een varken drukt het allemaal uit. Vooral reuk en gehoor zijn goed

ontwikkeld. Ze kunnen wat betreft gehoor, reuk, slimheid en geheugen wedijveren met honden. Binnen de groep, de rotte, wordt de rangorde bepaald door de leeftijd. Varkens van dezelfde leeftijd bepalen hun onderlinge rangorde door te vechten. Dit doen ze bij voorkeur zo min mogelijk want het gezegde “zo lui als een varken” blijkt nog te kloppen ook. Een varken ligt maar liefst tachtig procent van de dag lekker niks te doen!

 

Een varken alleen? Dat kan in onze ogen absoluut niet! Het zijn sociale dieren en hebben behoefte aan soortgenoten om zich heen. Daarnaast hecht het varken ook veel waarde aan zijn rust en wil het onbeperkt kunnen eten en drinken (daaraan besteden ze overigens maar twintig minuten verdeeld over de dag). Zo’n vier uur per dag wil het varken samen met soortgenoten de omgeving verkennen, spelen en wroeten. Voor mesten en urineren wil het varken een aparte plek. Ook willen varkens een veilige omgeving waar het niet te warm en niet te koud is, ze willen zichzelf kunnen verzorgen, niet ziek zijn en voldoende beweging hebben. 

bottom of page